Orthobalans Hormoonprofiel Vrouw
Wat betekent de uitslag van Orthobalans Hormoonprofiel Vrouw?
Pakket Orthobalans hormoonprofiel vrouw en bestaat uit de testen: Progesteron, Oestradiol (17-Beta Estradiol), DHEA-s, Cortisol, Testosteron vrij Albumine, Testosteron en SHBG.
Progesteron
Afhankelijk van in welke fase u zit dient de uitslag geïnterpreteerd te worden. Voor de vier verschillende fasen gelden de volgende afzonderlijke referentiewaarden.
- follicular 0.48 - 4.45 nmol/L (folliculaire fase) de eicel is aan het rijpen
- mid-luteaal 14.12 - 89.13 nmol/L (ovulatie fase) de eisprong
- luteal 10.62 - 81.28 nmol/L (luteale fase) Evt innesteling van eventueel bevruchte eicel.
- post-menopausal
De test meet de hoeveelheid progesteron in het bloed. Progesteron is een hormoon dat voornamelijk in de eierstokken wordt gemaakt en tijdens de zwangerschap in grote hoeveelheden in de placenta (moederkoek). De belangrijkste rol van progesteron is het in stand houden van de baarmoederwand tijdens de zwangerschap. Na de eisprong wordt progesteron geproduceerd om de baarmoederwand klaar te maken voor innesteling van een eventuele bevruchte eicel. Wanneer de bevruchte eicel inderdaad is ingenesteld, houdt de progesteronproductie in de eierstokken aan. Later in de zwangerschap wordt progesteron voornamelijk door de placenta zelf geproduceerd. Wanneer er geen bevruchting van de eicel plaatsvindt neemt de progesteronaanmaak af. Als gevolg hiervan wordt de beginnende baarmoeder afgebroken en start de menstruatie.
De test wordt gebruikt om vast te stellen of er een eisprong heeft plaatsgevonden. Dit gebeurt door de hoeveelheid progesteron in het bloed te volgen. Wanneer gedurende enig moment in de tweede helft van de cyclus de hoeveelheid progesteron in het bloed boven een bepaalde concentratie uitkomt, is daarmee aangetoond dat er een eisprong heeft plaatsgevonden. Deze grens ligt meestal in de buurt van 40 tot 50 nmol/L. De test wordt ook gebruikt om het verloop van de zwangerschap te volgen. Gedurende de zwangerschap stijgt progesteron tot waarden hoger dan 500 nmol/L. Wanneer er een zwangerschap is vastgesteld, stijgen in het begin progesteron en het zwangerschapshormoon hCG volgens een vast patroon. Een afwijking van dat patroon (te lage waarden) kan een teken zijn voor een buitenbaarmoederlijke zwangerschap of een spontane beëindiging van de zwangerschap.
De hoeveelheid progesteron in het bloed volgt gedurende de menstruele cyclus een vast patroon met een piek in de tweede helft van de cyclus (de luteale fase). Wanneer progesteron niet stijgt en daalt volgens het normale patroon kan het betekenen dat de vrouw geen eisprong heeft en/of niet menstrueert. Wanneer progesteron niet voldoende stijgt gedurende de vroege zwangerschap kan dat een extra aanwijzing zijn voor een buitenbaarmoederlijke zwangerschap of voor een vroegtijdige miskraam. Progesteron stijgt gedurende de zwangerschap extra sterk bij meerling zwangerschappen.
Oestradiol
Afhankelijk van in welke fase u zit dient de uitslag geïnterpreteerd te worden. Voor de vier verschillende fasen gelden de volgende afzonderlijke referentiewaarden.
- E. follicular 40 - 605 pmol/L (folliculaire fase)
- E. ovular 536 - 1930 pmol/L (ovulatie fas)
- E. luteal 121 - 719 pmol/L (luteale fase)
- E. post-menopausal
Tijdens de folliculaire fase geeft de hypofyse (in de hersenen) follikel stimulerend hormoon (FSH) af dat de granulosacellen van een follikel zal stimuleren tot groei. FSH zorgt ervoor dat de granulosacellen gelegen in het ovarium oestradiol gaan produceren. Zodra de oestradiol concentratie boven een bepaalde waarde komt te zitten, wordt door de hypofysevoorkwab een grote hoeveelheid luteïniserend hormoon (LH) aan de circulatie afgegeven. Meerdere follikels (een zogenaamd cohort), gelegen in de eierstok (ovarium) bevatten elk een eicel (oöcyt). De follikels produceren gedurende deze fase van de cyclus oestrogeen. Als de grootste follikel ongeveer een diameter van 17-20 mm bereikt heeft zal de hypofyse piekgewijs LH produceren, waarna de follikel ongeveer 36 tot 48 uur later zal springen (ovulatie, zie verder bij de eicel). Het geproduceerde oestrogeen zorgt voor groei (= proliferatie) van het endometrium in de baarmoeder (uterus). Deze periode van menstruele cyclus heet daarom ook proliferatieve fase. Deze fase is wisselend in duur (7 tot 21 dagen). Dit heeft gevolgen voor de vruchtbare periode (zie verder).
De tweede fase wordt luteale fase genoemd en begint op het moment dat de follikel gesprongen is, en de eicel er uit verdwenen is. De granulosacellen van het follikel veranderen van vorm en worden granulosa luteïnecellen. Onder invloed van het LH zullen deze granulosa luteïnecellen progesteron gaan produceren. Het follikel zonder eicel wordt geel lichaam (corpus luteum) genoemd en zal nog enkele dagen de productie van progesteron blijven voortzetten. Onder invloed van de progesteron (en ook oestrogenen) verandert het baarmoederslijmvlies waarbij de slijmklieren secreet produceren en afgeeft, en zo klaargemaakt wordt voor de innesteling van het embryo. Deze fase heet daarom ook wel de secretoire fase. Als dit geel lichaampje enkele dagen later stopt met de hormoonproductie, doordat het niet ondersteund wordt door een zwangerschap geproduceerd hormoon hCG, zal het baarmoederslijmvlies ten gronde gaan en een bloeding optreden (zie verder). Deze fase duurt bij 10% van de vrouwen met een regelmatige cyclus ongeveer 14 dagen, maar blijkt te kunnen variëren van 7- 19 dagen. Bij vrouwen met een onregelmatige cyclus is de onzekerheid nog groter. Meer dan 70% blijkt vruchtbaar voor de 10e of na de 17e dag van de cyclus. De eisprong kan ongeveer 14 dagen voor de volgende menstruatie geschieden, maar ook veel eerder of later. Dus niet noodzakelijk rond de 14e cyclusdag. Het tijdstip van de eisprong kan dus niet bepaald worden door enkel een aantal dagen te tellen sinds het begin van de cyclus of terugtellen vanaf het eind van de cyclus; vooral als de duur van cyclus van de vrouw onregelmatig is.
Verhoogd:
Verhoging van de hoeveelheid oestradiol komt voor bij:
- zwangerschap
- tumor van de eierstokken, zaadballen of bijnieren
- te vroege puberteit bij meisjes
- hormoonbehandeling bij IVF; Door het grote aantal tegelijk rijpende follikels wordt veel oestradiol gevormd en bestaat een risico
op het zogenaamde ovariële hyperstimulatiesyndroom (OHSS) - omzetting van androgenen in vetweefsel bij overgewicht (vaak is ook oestron verhoogd).
Verlaagd:
Verlaging van de hoeveelheid oestradiol komt voor bij:
- vrouwen in/na de overgang
- beschadiging van de hypofyse of hypothalamus
- te late puberteit bij meisjes
- anorexia nervosa of andere oorzaken van ernstig ondergewicht, zoals zware fysieke training
- syndroom van Turner (aangeboren slechte groei en uitblijven van puberteit als gevolg van het ontbreken van één van de twee
X-chromosomen) - vroegtijdig falen van de eierstokken door chemotherapie, bestraling of antistoffen tegen de eierstokken
- behandeling van (oestrogeenreceptor positieve) borstkanker met oestrogeenremmende therapie.
Bij vrouwen in de overgang met veel klachten zoals opvliegers, nachtzweten en slapeloosheid, kan hormoonvervangende therapie voorgeschreven worden. Dit kan via pillen of pleisters met oestrogenen gebeuren. Ook de botsterkte wordt verbeterd door hormoonvervangende therapie. Langdurige behandeling lijkt gepaard te gaan met een verhoogd risico op borstkanker, daarom wordt de therapie alleen nog voorgeschreven voor kortdurende behandeling van ernstige overgangsklachten en bij vrouwen die vroegtijdig in de overgang zijn. Ter voorkoming van botontkalking bestaan alternatieve behandelingen.
DHEA-S
Lage hoeveelheden DHEAS kunnen worden veroorzaakt door het slecht functioneren van de bijnier of door hypopituitarisme, een ziekte waarbij de hypofyse te weinig hormonen aanmaakt.
Normaal:
Een normale DHEAS-waarde in combinatie met normale waarden van andere androgenen wijst op een normaal functionerende bijnier. Ook kan het betekenen dat een aangetoonde tumor geen hormonen produceert. Een normale DHEAS kan ook voorkomen bij polycysteus ovarium syndroom (PCOS). Bij dit syndroom (afwijking in de eierstokken) worden androgenen meestal door de eierstokken aangemaakt, met name testosteron.
Verhoogd:
Een verhoogde hoeveelheid DHEAS wijst op afwijkingen in de bijnieren als gevolg van bijvoorbeeld een adrenocorticale tumor, bijnierkanker of een goedaardige bijniervergroting. Verhoogde hoeveelheid DHEAS kan bij vrouwen leiden tot menstruatiestoornissen en zichtbare verschijnselen van vermannelijking of virilisatie (diepere stem, overmatige haargroei in gezicht en op het lichaam, gespierdheid, vergroting adamsappel). Bij mannen kan een toegenomen hoeveelheid DHEAS onopgemerkt blijven. Bij jonge jongens kan een toegenomen hoeveelheid DHEAS leiden tot een vervroegde ontwikkeling van de puberteit.
Een verhoogde DHEAS-waarde geeft niet een specifieke diagnose. Er moet verder onderzoek gedaan worden om de oorzaak van het probleem op te sporen.
Cortisol
De cortisolwaarden in bloed variëren met het tijdstip van de dag.
Voor het interpreteren van uw uitslag dient u dus het tijdstip van uw bloedafname in acht te nemen voor het lezen van de uitslag.
- Uw uitslag is goed als hij 's morgens afgenomen en tussen de 171 - 497 nmol/l ligt
- Uw uitslag is goed als cortisol 's middags (vanaf 16.00 uur) is afgenomen e en tussen de 75 - 287 nmol/l
Tijdens de zwangerschap, bij orale conceptiva en bij oestrogeentherapie is de Cortisolconcentratie in serum verhoogd.
Het cortisolgehalte in bloed is 's ochtends vroeg direct na het ontwaken het hoogst en 's avonds laag. Bij mensen die werken in onregelmatige diensten en ook ‘s nachts is het cortisolpatroon vaak ontregeld.
Albumine
Normaal is albumine bij volwassenen 35-55 g/L. Albumine is lager bij mensen die liggen, bij pilgebruik, bij zwangeren en bij ouderen.
Verhoogd:
Een hoge albuminewaarde komt eigenlijk alleen voor bij uitdroging.
Verlaagd:
Een lage hoeveelheid albumine in het bloed kan wijzen op een leverziekte. Specifieke levertesten zijn nodig om te kijken om welke vorm van leverziekte het gaat.
Een laag albumine kan ook wijzen op ziekten waarbij via de nieren albumine uit het bloed in de urine lekt en het lichaam albumine verliest via urine. In dit geval kan de hoeveelheid albumine in de urine worden gemeten.
Een lage albuminewaarde komt ook voor bij ontstekingen, shock en bij ondervoeding. Verder kan een lage albuminewaarde wijzen op niet goed functioneren van de darmen waardoor het lichaam eiwitten niet goed kan opnemen en verteren. Dit komt bijvoorbeeld voor bij de ziekte van Crohn of bij spruw (ontsteking als gevolg van een schimmelinfectie).
Albumine is ook laag als door een darmziekte grote hoeveelheden eiwitten via de ontlasting verloren gaan.
Testosteron
Verlaagd:
Bij jongens/mannen: late puberteit, door zaadballen die geen/slecht testosteron kunnen maken (bv klinefeltersyndroom), doordat de hersenen geen LH meer maken en daardoor de zaadballen niet aangestuurd worden om testosteron te gaan maken.
Het hebben van te weinig mannelijk hormoon testosteron, heeft negatieve effecten op een aantal belangrijke processen in het lichaam. Bovendien brengt een laag testosterongehalte verhoogd risico met zich mee op een aantal ziekten en aandoeningen. Het is bekend dat dit sterk verband houdt met:
- een verminderd seksueel functioneren,
- botontkalking (osteoporose)
- verhoogd cholesterolgehalte
- het metabool syndroom (stofwisselingsziekte door te veel eten en te weinig bewegen)
- depressie
- hart- en vaatziekten
- diabetes type II
Er is bewijs voor afname van verschillende hersenfuncties bij een verlaagde testosteronspiegel. Ook onze emotionele toestand en neiging tot depressie is afhankelijk van een testosterongehalte. Testosterontherapie kan hierop een positieve invloed hebben. Het lijkt erop dat mannen door testosteron relatief minder vaak de ziekte van Alzheimer oplopen dan vrouwen. Indien dit toch het geval is kan aanvullen van testosteron een verbetering hebben op de gemoedstoestand van deze patiënten.
Verhoogd:
Bij meisjes/vrouwen: bij het polycysteus ovarium syndroom (PCOS), bij adreno genitaal syndroom (AGS) of door een tumor.
Bij mannen: bij testosteron injecties (anabolen gebruik in met name sportscholen) of door een tumor.
Bij jongens: door een te vroege puberteit, bij adreno genitaal syndroom (AGS) of door een tumor.
Let op: tijdens de zwangerschap/tijdens pilgebruik gaan de bindende eiwitten stijgen en zal het totaal testosteron ook verhoogd kunnen zijn. Daarom zal de arts een "vrij"- testosteron test aanvragen waarbij uitsluitend het vrije (niet aan SHBG of albumine gebonden) testosteron wordt bepaald. De hoeveelheid vrij testosteron kan ook berekend worden met behulp van de uitslagen van het totale testosteron, SHBG en albumine. Het vrije testosteron is actief.
Vrij testosteron
De meerderheid van testosteron bij mannen en vrouwen is gebonden aan een specifiek eiwit in het bloed geslachtshormoon bindend globuline (SHBG), en een kleine hoeveelheid is gebonden aan een bloed-eiwit albumine. Wat blijft ongebonden is de zogenaamde vrije testosteron.
Hoge vrij testosteron bij mannen kan leiden tot ongewone stemmingswisselingen en agressie.
Volgens een studie van Penn State University, kan een hoog vrij testosteron een significant effect hebben op familierelaties. Professor Booth op de universiteit zei: "Hoog testosteron individuen hebben meer kans om meer te drinken, roken en het krijgen van bij ongelukken en vechtpartijen" Professor Booth zei ook dat mannen met een hoge vrije testosteron meer kans hebben op misbruik en ontrouw in relaties en kans hebben om geen goede relatie met hun kinderen te hebben.”
Aan de positieve kant, volgens onderzoekers van de Penn State University, hebben mannen van middelbare leeftijd met een hoge vrije testosteron minder kans op obesitas, hartaanvallen, hoge bloeddruk en frequente verkoudheden.
Bron:
http://www.ziektefaq.info/N2/2/2011/11/hoge-niveaus-van-vrije-testosteron.html
SHBG (zegt wat over testosteron)
De test meet de hoeveelheid Sex Hormone Bindend Globuline (SHBG) in bloed. SHBG is een eiwit (globuline) dat door de lever wordt geproduceerd en in staat is om testosteron en oestradiol sterk aan zich te binden. SHBG transporteert vervolgens deze hormonen in een inactieve vorm via het bloed door het lichaam. Testosteron remt de productie van SHBG terwijl oestradiol juist de productie stimuleert.
Verhoogd:
Bij een verhoogde hoeveelheid SHBG is er waarschijnlijk minder testosteron vrij beschikbaar dan verwacht op basis van de totaal testosterontest
Verlaagd:
Bij een verlaagde hoeveelheid SHBG is er meer waarschijnlijk meer testosteron vrij beschikbaar dan verwacht op basis van de totaal testosterontest.
Beschikbare consulten:
-Telefonisch consult HelloDoc