Candida Albicans IgG IgA en Antigen schimmelinfectie

Wat betekent de uitslag van Candida Albicans IgG en IgA en Antigen schimmelinfectie?

Als uw uitslag IgA kleiner is dan 60 is de uitslag goed.

Een positieve Candida-IgA test wijst op een mucocutane, latente of manifeste infectie.

Chronische mucocutane Candidiasis (CMC) is een groep van syndromen met als gemeenschappelijke kenmerken: chronische, Candida infecties van huid, nagels en slijmvliezen en auto-immuun manifestaties

Het kan zijn dat de candida antigen test uit serum toch negatief uitvalt.

IgA is vooral van belang voor de bestrijding van antigenen die nog juist niet in het lichaam zijn doorgedrongen bijv. slijmvliezen (luchtwegen, darm) en secreten (melk, speeksel)

Als uw uitslag IgG kleiner is dan 40 is de uitslag goed.

IgG is  van belang voor de bestrijding van antigenen die in het lichaam zijn doorgedrongen (binding van antigenen in lichaamsvloeistoffen)

Als uw uitslag Candida Antigen titer negatief is de uitslag goed.

Candida Antigen Titer wordt gebruik om de diagnose en het beoordelen van het verloop van een  systemische Candidiasis (Endomykose) Deze test wordt gebruikt voor Diagnose en follow-up van systemische candidiasis (endomycose) gebruikte methode: Indirecte agglutinatietest

Candida-antigeen positieve uitslag duidt op een systemische candidiasis / fungemia / schimmelziekte. Verder onderzoek, met name directe detectie in verschillende monsters wordt dan aanbevolen.

https://www.bloedwaardentest.nl/pds-ontlastingonderzoek-rp-met-candida.html

Of:

https://www.bloedwaardentest.nl/gisten-en-schimmels-candida-in-ontlasting-rp.html

https://www.bloedwaardentest.nl/vaginale-screening-rp.html

Wat is Candida?
Candida is een schimmelinfectie die veroorzaakt wordt door gistachtige schimmels. Een gist die vaak bij de mens wordt aangetroffen is Candida albicans. Deze gist is bij vrijwel iedereen aanwezig als een normale bewoner van de huid, de mond, de darm en de vagina en vormt met de daar aanwezige bacteriën een zeker evenwicht. Door diverse factoren kan deze gist draden gaan vormen. Vanaf dat moment spreekt men van een schimmel. Dit kan gebeuren onder invloed van medicatie (antibiotica), bij zwakte van het immuunsysteem of door de aanwezigheid van parasieten.

In sommige gevallen is een Candida schimmelinfectie zeer hardnekkig en steekt steeds opnieuw de kop op. Het kan heel vervelend en hardnekkig zijn en vaak terugkomen. Een Candida infectie is een veel voorkomend en onderschat probleem dat verantwoordelijk kan zijn voor maanden tot zelfs jaren van chronische klachten.

Hoewel de gist van de ene op de andere persoon kan worden overgebracht (bijvoorbeeld van moeder op kind of omgekeerd, tussen seksuele partners), gaat het niet echt om een besmetting in de traditionele betekenis van het woord. Candida wordt dan ook niet beschouwd als een besmettelijke ziekte en al helemaal niet als een seksueel overdraagbare aandoening. De partner van iemand met een vaginale candida-infectie hoeft dan ook niet worden meebehandeld, tenzij hij of zij ook besmet is en klachten heeft. Bij baby's met spruw of wanneer een moeder die borstvoeding geeft een candida-infectie van de tepels heeft, moeten zowel moeder en kind behandeld worden omdat ze de infectie aan elkaar kunnen doorgeven. 

Candida albicans is een onderdeel van de darmflora, een groep micro-organismen die in je mond en de darm leven. Wanneer Candida populatie uit de hand loopt, verzwakt het de darmwand waardoor het in de bloedbaan zijn giftige bijproducten kan afgeven zodat deze in het hele lichaam terecht kunnen komen.

Deze giftige bijproducten veroorzaken schade aan het lichaamsweefsel, organen en doen inbreuk op het immuunsysteem. De belangrijkste afvalproduct van gistcellen is acetaldehyde, een giftige toxine. Acetaldehyde wordt omgezet door de lever in ethanol (alcohol). Sommige mensen zeggen zelfs het gevoel van dronken te zijn of kater te hebben samen met invaliderende vermoeidheid door de hoge hoeveelheden ethanol is hun lichaam.

Chronische mucocutane candidiasis 
Is een erfelijke immunodeficiëntie waarbij de T-lymfocyten slecht functioneren. Doordat de T-lymfocyten slecht functioneren, is het lichaam minder goed in staat schimmelinfecties, waaronder gistinfecties, af te weren. Het vermogen om andere infecties te bestrijden is niet aangetast. Er ontwikkelen zich hardnekkige infecties met de schimmel Candida (candidiasis (zie Schimmelinfecties: Candidiasis)). Meestal beginnen ze op de zuigelingenleeftijd, maar soms op jongvolwassen leeftijd. De schimmel kan leiden tot infecties in de mond (spruw) en tot infecties van de hoofdhuid, huid en nagels en van de slijmvliezen die mond, ogen, maag-darmkanaal en genitale stelsel bekleden. De ernst varieert: de aandoening kan een nagel aantasten of een misvormende uitslag op het gezicht en de hoofdhuid veroorzaken. Ook kan haaruitval voorkomen. Soms treden hepatitis en chronische longaandoeningen op. Veel patiënten hebben ook hormonale stoornissen, zoals een onvoldoende bijschildklierfunctie (hypoparathyreoïdie).

Meestal kunnen de infecties worden behandeld door een middel tegen schimmels (antimycoticum) als nystatine of clotrimazol  op de huid aan te brengen. Ernstige infecties, die zeldzaam zijn, vereisen een sterker middel tegen schimmels als itraconazol, dat oraal wordt gebruikt. De aandoening is gewoonlijk chronisch, maar beïnvloedt de levensduur niet.

Hypoparathyreoïdie kan op verschillende manieren ontstaan: Het kan zijn dat de bijschildklieren zich niet goed ontwikkeld hebben tijdens de groei in de baarmoeder. Soms kan het lichaam de eigen bijschildklieren 'aanvallen' met antistoffen. Dit noemen we een auto-immuunziekte. De werken dan niet meer goed door het eigen immuunsysteem. Er bestaat een erfelijke aandoening waarbij de bijschildklier te weinig of geen bijschildklierhormoon maakt.

Wat zijn de verschijnselen van hypoparathyreoïdie?

  • tintelingen en/of krampen in handen, voeten, mond en keel
  • somberheid
  • prikkelbaarheid
  • moeheid
  • verwardheid
  • verminderd geheugen
  • benauwdheid door kramp in luchtwegspieren
  • hartklachten
  • wegrakingen
  • hoofdpijn
  • droge huid
  • haaruitval
  • afbrokkelende nagels
  • staar

Deze problemen worden bijna allemaal veroorzaakt doordat er (veel) te weinig calcium in uw bloed zit.

De bijschildklieren kunnen per ongeluk of door bijwerkingen van een behandeling worden uitgeschakeld. Zo kunnen tijdens een schildklieroperatie de bijschildklieren per ongeluk beschadigd of verwijderd worden. Ook bestraling of chemotherapie bij kanker kunnen ervoor zorgen dat de bijschildklieren niet meer werken. Als de bijschildklieren te hard werken, kunnen ze weggehaald worden. Dat veroorzaakt dan hypoparathyreoïdie.

Bij weinig calcium in uw bloed kunnen spieren extra heftig reageren. De huisarts zal daarom bijvoorbeeld op uw kniepees slaan met een hamertje. De 'schopreflex' zal dan extra sterk zijn. Ook kan de huisarts tikken vlak voor uw oor bij het kaakkopje. De kaakspieren kunnen zich dan een aantal keer achter elkaar stevig aanspannen. Door  bloedonderzoek kunt u te weten komen hoeveel calcium en fosfaat in uw bloed zit.

Met hypoparathyreoïdie moet u levenslang calciumtabletten slikken. Heeft u heel weinig calcium in uw bloed, dan krijgt u eerst in het ziekenhuis een infuus met calcium. Daarna gaat u calciumtabletten slikken. Ook moet u vitamine D tabletten slikken. Vitamine D helpt mee om de hoeveelheid calcium in uw bloed goed te houden.

Waneer moet je medicatie:

De bloedtest voor Candida Albicans die de niveaus van Candida IgA, IgG en Candida-antigeen meet, kan helpen bij het diagnosticeren van een Candida-infectie en het bepalen van de ernst ervan. Hier volgt een overzicht van de diverse uitslagen van deze testen en wanneer behandeling met medicijnen nodig kan zijn.


Candida IgA

  • Positieve uitslag: Een verhoogd niveau van Candida IgA wijst op een recente of actuele infectie in de slijmvliezen, zoals in de mond, darmen of geslachtsorganen. Behandeling met antischimmelmedicijnen kan nodig zijn als er duidelijke symptomen van een Candida-infectie zijn.
  • Negatieve uitslag: Een normale of lage waarde van Candida IgA betekent meestal dat er geen recente infectie in de slijmvliezen is. Behandeling met medicijnen is doorgaans niet nodig, tenzij er andere klinische aanwijzingen zijn.

Candida IgG

  • Positieve uitslag: Een verhoogd niveau van Candida IgG wijst op een eerdere blootstelling aan Candida of een chronische infectie. Behandeling kan nodig zijn als er aanhoudende symptomen zijn die wijzen op een chronische Candida-infectie.
  • Negatieve uitslag: Een normale of lage waarde van Candida IgG suggereert dat er geen eerdere blootstelling of chronische infectie is. Behandeling is in dit geval meestal niet nodig, tenzij er andere klinische aanwijzingen zijn.

Candida Antigeen

  • Positieve uitslag: Een positief resultaat voor Candida-antigeen duidt op een actieve systemische Candida-infectie, wat ernstiger is. Dit vereist vrijwel altijd behandeling met antischimmelmedicijnen, vaak intraveneus, vooral bij immuungecompromitteerde patiënten.
  • Negatieve uitslag: Een negatief resultaat betekent dat er geen actieve systemische infectie is. Behandeling met medicijnen is meestal niet nodig, tenzij er andere symptomen of aanwijzingen voor een lokale infectie zijn.

Behandeling met medicijnen

Behandeling met antischimmelmedicijnen is meestal nodig in de volgende gevallen:

  1. Actieve infectie: Zoals aangetoond door een positieve Candida-antigeentest.
  2. Ernstige of aanhoudende symptomen: Vooral wanneer deze samenhangen met een positieve IgA- of IgG-test.
  3. Chronische infectie: Bij chronische symptomen en een positieve IgG-test.

    Behandeling is mogelijk niet nodig in de volgende gevallen:
    1. Asymptomatische patiënten: Als er geen symptomen zijn en alleen IgA of IgG positief is zonder een positieve antigeentest.
    2. Negatieve antigeentest: Bij afwezigheid van systemische infectie en milde symptomen kan men vaak volstaan met veranderingen in dieet en levensstijl, en het gebruik van probiotica.

Symptomen en diagnose

Een Candida-infectie kan veel verschillende symptomen veroorzaken, zoals opgeblazen gevoel, obstipatie, winderigheid, buikkrampen en anale jeuk. Bij aanwezigheid van deze symptomen, vooral in combinatie met positieve testresultaten, is behandeling vaak aangewezen. Het is echter essentieel om de testresultaten te bespreken met een arts voor een gepersonaliseerde diagnose en behandelingsplan.


Samenvatting

Candida IgA: Huidige slijmvliesinfectie. Behandeling nodig bij symptomen.

Candida IgG: Eerdere of chronische infectie. Behandeling nodig bij aanhoudende symptomen.

Candida Antigeen: Actieve systemische infectie. Altijd behandeling nodig.

Symptomen: Aanhoudende of ernstige symptomen kunnen een indicatie zijn voor behandeling, ongeacht de testresultaten.


Beschikbare consulten:

https://www.bloedwaardentest.nl/candida-coach.html

Place comment